Wat zijn leerstijlen?
Het idee achter leerstijlen is dat iedereen een specifieke manier van leren heeft. De theorie is dat het leren effectiever is of efficiënter verloopt als leerlingen les krijgen in een stijl die aansluit bij hun manier van leren. Bij kinderen voor wie ‘luisteren’ een effectieve leerstijl is, zou het vertellen van verhalen of discussiëren dan bijvoorbeeld beter werken dan traditionele schrijfoefeningen. Net als bij meervoudige intelligentie, is het niet wenselijk om leerlingen te etiketteren op basis van waarneming.
Belangrijke bevindingen
Er zijn extreem weinig kwalitatief hoogwaardige studies naar leerstijlen. Daarom vermelden we geen effect. Scholen die kiezen voor een aanpak waarvoor het bewijs zeer beperkt is, moeten zich goed afvragen hoe ze het effect gaan vaststellen en hoe ze negatieve effecten kunnen voorkomen.
Het is heel onwaarschijnlijk dat leerlingen maar één bepaalde leerstijl hebben, dus het kan hun vooruitgang schaden als zij alleen activiteiten krijgen aangeboden die zouden aansluiten op hun vermeende voorkeuren. Dit geldt vooral voor jonge leerlingen in het lager onderwijs, van wie de voorkeuren en manieren van leren nog heel flexibel zijn.
Leerlingen bestempelen als een bepaald type ‘lerende’ kan hun geloof in eigen kunnen ondermijnen: ze geloven niet meer dat ze kunnen slagen door zich in te zetten en hun best te doen. Het etiket kan evengoed dienen als excuus voor slecht presteren.
Het lijkt zinvoller om naar andere aspecten van motivatie en zelfregulatie te kijken, om leerlingen betrokken te houden bij leeractiviteiten.
Leraren moeten leerlingen stimuleren om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor goede leerprestaties en hun eigen succesvolle strategieën en aanpak te ontwikkelen.
Hoe effectief is deze aanpak?
Na systematisch zoeken zijn er geen studies gevonden waarin verschillende leerstijlen grondig zijn getest. Er is daarom onvoldoende bewijs om een uitspraak te doen over de effectiviteit, uitgedrukt in maanden leerwinst.
Er is zeer beperkte evidentie uit breder onderzoek dat er een consistente set ‘leerstijlen’ bestaat aan de hand waarvan je wezenlijke verschillen tussen de leerbehoeften van jongeren betrouwbaar in kaart kunt brengen. Uit onderzoek blijkt ook dat het niet zinvol is om leerlingen in groepen of categorieën in te delen op grond van een vermeende leerstijl. Vooral voor leerlingen in de lagere school is het belangrijk dat ze geen etiket opgeplakt krijgen en niet het gevoel krijgen dat hun slechte prestaties het gevolg zijn van hun vermeende leerstijl.
Individuele leervoorkeuren kunnen per situatie en met de tijd . Er is enige evidentie dat cognitieve voorkeur en het soort taak kunnen samenhangen (visualisatie is bijvoorbeeld zinvol bij bepaalde onderdelen van rekenen-wiskunde).
Studies waarin de instructie op maat wordt gegeven op basis van een vastgestelde leerstijl hebben echter niet overtuigend aangetoond dat dit belangrijke voordelen oplevert, zeker niet voor minder goed presterende kinderen. Het gemelde effect is over het algemeen klein of negatief.
Onderwijsongelijkheid wegwerken
Onderzoek waarin de instructie is aangepast aan bepaalde leerlingen op basis van een vastgestelde leerstijl laten geen effect op de leerprestaties zien. Het groeperen van leerlingen op basis van hun leerstijl lijkt dan ook geen succesvolle strategie om onderwijsongelijkheid te verminderen.
Instructie aangepast aan een vermeende leerstijl is waarschijnlijk ook niet erg waardevol als leraren van bepaalde leerlingen lagere verwachtingen hebben. Het is belangrijk om jongere leerlingen geen etiket op te plakken of slechte prestaties te wijten aan hun ‘leerstijl’. Dit kan een negatief effect hebben op hun motivatie en zelfvertrouwen. Dit is met name een risico voor leerlingen met een sociaal-economische achterstand.
Hoe kan je dit toepassen in jouw leeromgeving?
Er is zeer beperkte evidentie dat er een consistente set ‘leerstijlen’ bestaat aan de hand waarvan je verschillen tussen de leerbehoeften van jongeren betrouwbaar in kaart kunt brengen. In plaats daarvan kunnen leraren die effectief willen lesgeven inzetten op het volgende:
Inzicht krijgen in de verschillen tussen leerlingen, zoals de verschillen in voorkennis en belemmeringen voor het leren;
Expliciete instructie – bijvoorbeeld door modelleren, uitleg, herhaling, oefenkansen en het bieden van gepaste ondersteuning– met kwaliteitsvolle feedback voor alle leerlingen;
Zorgen voor gerichte leerondersteuning wanneer bepaalde leerbehoeften worden vastgesteld;
Leerlingen helpen hun eigen leerproces te plannen, monitoren en evalueren.
Bij het groeperen van leerlingen zorgvuldig monitoren wat het effect is op de vooruitgang, de motivatie en het gedrag van de leerlingen.
Deze klassikale aanpak wordt toegepast door leraren.
Hoeveel kost deze aanpak?
Onderstaande informatie is gebaseerd op internationale gegevens en geeft daarom slechts een indicatie van de kosten in Vlaanderen
De kosten zijn zeer laag en betreffen doorgaans het voorbereiden van meerdere verschillende les- en leermaterialen.
Hoe overtuigend is de evidentie?
Vanwege het gebrek aan studies waarin verschillende leerstijlen grondig zijn getest, is de evidentie voor de effectiviteit van deze aanpak zeer beperkt. Voor onderwerpen waarvoor de evidentie zeer beperkt is, wordt geen effect in maanden leerwinst vermeld. Er zijn geen onderzoeken gevonden die voldoen aan de vooraf gespecificeerde criteria voor opname in de Toolkit.